Repository index

Naast de sporadische expliciete verwijzingen naar de receptie van de profetie door andere profeten in een latere tijd zijn er een aantal indirecte bewijzen met betrekking tot het onderlinge verband tussen de profetische teksten. Het doel van deze bijdrage is om de aanwezigheid en functie van de traditie te onderzoeken binnen de zogenaamde volkenprofetieën; dat wil zeggen: profetieën die gaan over de vreemde volken rondom Israël. De vraag is in hoeverre de profeten zich van andere volkenprofetieën bewust waren, hoe die traditie in hun eigen boodschap een rol speelde, en hoe die traditie zich tot de nieuwe context verhoudt.

Isa 8:16 is considered a key reference regarding the formation of the book of Isaiah and the role of prophetic disciples in this process. This article argues, however, that originally this verse had a more limited significance. The instruction to which v. 16 refers is to be identified with vv. 12-15 rather than an early ‘book’ of Isaiah. The expression ‘the instructed ones’ (of YHWH rather than the prophet) is applied to the prophet’s audience. This term reflects Isaiah’s characteristic view of prophesying as an act of instruction and prophecy as a form of teaching, and it does not presuppose the existence of any prophetic school. The view that sealing the instruction would allude to preserving prophetic teaching for the posterity is discounted here in favour of understanding the symbolic act as a metaphor from the legal sphere refering to authentication, with no inherent temporal significance.